@article {261, title = {Waar komen syllaben vandaan?}, year = {2001}, publisher = {Nederlandse Vereniging voor Fonetische Wetenschappen}, address = {Utrecht, The Netherlands}, abstract = {

Syllaben zijn lingu{\"\i}stische basiseenheden die kinderen al heel vroeg kennen. Jonge kinderen kunnen woorden in lettergrepen splitsen, hoewel er geen perceptuele of akoestische eigenschappen zijn die lettergreepgrenzen aanduiden. Wij suggereren de hypothese dat kinderen hun kennis over woordgrenzen gebruiken om syllabengrenzen te voorspellen. Een bijkomende vraag is of de kinderen hun kennis over woordgrenzen halen uit woorden van de input, van de intake, of van hun eigen output. Als case-study namen we de resultaten van experimenten door Gillis \& De Schutter (1996) met vijf- en zesjarigen die Nederlandse bisyllabische monomorfemen met {\'e}{\'e}n intervocalische consonant in lettergrepen splitsten. Woordgrensprobabiliteiten werden statistisch berekend in kindertaalcorpora en gebruikt om syllabengrenzen te voorspellen. Het syllabificatiegedrag van de vijf- en zesjarigen kon gesimuleerd worden door gebruik te maken van woordgrensprobabiliteiten van inhoudswoorden uit de input of de intake van kindertaalcorpora, gerepresenteerd in foneemcategorie{\"e}n. Dezelfde resultaten werden verkregen voor drie verschillende kindertaalcorpora.

}, author = {Evelyn Martens and Walter Daelemans and Steven Gillis and Helena Taelman} }